Ik zou je moeten vertrouwen.
Was het zo simpel nog maar.
Je breekt constant beloften,
En vervolgens ben je niet daar.
Wanneer mijn tranen de dam breekt
En het water mijn wangen koelt.
Wanneer ik noch boven noch onder weet,
En ik met mijn dwang stoei.
Ik zou moeten geloven,
Dat iemand als jij het snapt.
Maar wanneer ik dan kijk
En jouw persoonlijkheid uitklap
Zie ik een gebrek aan ervaring
Aan ervaringen die ik heb.
En al de beloofde empathie
Voelt ook wel erg vaak nep.
Ik merk dat ik steeds minder
Aan jou wil vertellen,
Dat ik meer bij mijzelf hou.
En terwijl jij dan wil stellen
Dat het goed met mij gaat,
Breek ik in stilte in 2en.
Breekt dan de masker van mij gelaat.
Is dit waarom we het deden?
Deden alsof dit werkt?
Jij hoeft niets te doen voor mij.
En ik vraag de stilte te helpen
Met mijn pijn.
Omdat niets mij nog altijd
Beter helpt dan jij.