zaterdag 29 november 2014

Yoga

De harde koude grond brengt mij naar de warme armen van de rust.
Een lichaam roept het hardst om het verhaal wat het heeft te vertellen
Op het moment dat kalmte niet meer onderdrukt word door chaos.

Ik buig mijn lichaam naar voren,
Mijn armen gestrekt, mijn knieen onder mij.
En ik weet wat er gaat komen,
Elke keer een beetje meer.

Ik buig mijn lichaam naar rechts,
En oud verdriet komt naar boven.
Ik huil en strek en huil en strek
Zelfs wanneer ik mijn arm laat vallen.

Ik buig mijn lichaam naar links
En voel de woede in mij opkomen.
Alles wat jij hebt achtergelaten,
Zit nu vast in mijn strakke lichaam.

Ik buig mijn lichaam naar achteren
En ik herinner hoe ik ooit bang was
Wanneer de kamerdeur opende
En ik mij verborg onder jouw geweld.

Wanneer ik weer naar voren buig denk ik jouw schoenen te zien
Vervagen alsof ik iets heb dat ik moet loslaten.
En wanneer ik op de grond lig zie ik je over mij heen torenen
Maar ik ben niet bang meer en vraag me af zou ik dat moeten zijn?

Laat het los.
Laat het los.
Laat het los.

Uit je lichaam en je hart.

Laat het gaan.
Laat het gaan.
Laat het gaan.

Uit je ziel en je hoofd.

Een mantra voor diegene met een oude gebroken hart.

Ik strek mijn benen en mijn armen.
Flexibel zonder mijn oude pijnen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten